Opbouw
Om na te gaan of de spouwmuren van de woning geschikt zijn voor spouwmuurisolatie wordt er een endoscopisch onderzoek uitgevoerd. Hierbij wordt via een gat in de muur met een camera gecontroleerd of de muur in goede staat is en of de spouw breed genoeg is om geïsoleerd te worden. Ook controleert men de spouw op eventuele vuil- of vochtophoping. Vervolgens worden er gaatjes geboord in de voegen. De grootte van die openingen zal afhangen van het gekozen isolatiemateriaal.
Door die gaten worden de materialen onder hoge druk in de voegen gespoten of geblazen. Bij bepaalde materialen (bv. bij parels) gebeurt dit in combinatie met lijm. Wanneer dit proces doorlopen is en de spouwen gevuld zijn, zal de aannemer de voegen terug repareren. Zo zal het lijken alsof de procedure nooit heeft plaatsgevonden.
Isolatiematerialen
Voor het na-isoleren van spouwmuren worden EPS-parels, PUR en mineraalwolvlokken het meeste gebruikt. Het isolatievermogen van deze materialen ligt dicht bij elkaar, maar er zijn ook verschillen.
- Glaswol- en rotswolvlokken zijn een goed isolatiemateriaal tegen zowel temperatuurschommelingen als geluidsoverlast. Bovendien zijn ze relatief goedkoop. De vlokken zijn wel vrij groot waardoor er een grotere opening nodig is om ze in te blazen. Ook de spouw zal breder moeten zijn (vanaf ca. 3 cm).
- EPS-parels (piepschuimbolletjes) zijn dan weer geschikter voor smallere spouwmuren. Bovendien zijn ze volledig recycleerbaar en behouden ze hun isolatiewaarde. Ze zijn wel minder geschikt voor kieren.
- PUR heeft de beste isolatiewaarde en kan elke opening en spouw perfect dichten. Nadelen zijn onder andere de hoge prijs en mogelijke geurhinder. De productie van PUR en het niet recycleerbaar karakter maken het daarbovenop erg milieubelastend.