Paalfundering
Doordat er steeds minder geschikte bouwgronden overblijven, groeit de noodzaak om te bouwen op minder toegankelijke en minder stabiele ondergronden. Om dit mogelijk te maken kent de toepassing van de paalfundering een opmars. In Nederland, dat door haar lage ligging bijna overal geteisterd wordt door hoog grondwater, is paalfundering nu al de belangrijkste manier van funderen.
Fundering op palen wordt toegepast als er wel een draagkrachtige bodem is maar die veel te diep ligt voor een gewone fundering op staal. Er zou te veel grond moeten worden uitgegraven om een werkbare bodem te bereiken. Het is dus een diepe fundering die de lasten van het bouwwerk dat ze moet dragen overbrengt naar een dieper gelegen draagkrachtige ondergrond. Met “diepe bodems” hebben we het hier over dieptes van minimaal vier meter.
Bij paalfunderingen maken we verder een onderscheid tussen geheide palen en geschroefde palen.
Geheide of grondverdringende palen
Deze houten, metalen of betonnen palen worden geprefabriceerd en telkens op maat gesneden. Ze worden in de grond geheid. Dit wil zeggen dat ze rechtstaand in de grond worden ingebracht door middel van een speciale (en enorme) hei-installatie. Die slaat de palen met aanhoudend geklop en met behulp van een grote hydraulische hamer in de grond, of stuwt de paal door middel van trillingen verder de grond in. Op deze manier wordt de grond opzij gedrukt en haalt ze haar draagkracht uit de samengedrukte grond die rondom de paal te vinden is.
Het is de goedkoopste optie qua paalfundering, vooral wanneer je een grote hoeveelheid van dezelfde palen moet aankopen. Deze manier van werken kan wel gevaarlijk zijn doordat de trillingen schade kunnen veroorzaken aan aangrenzende gebouwen. Toch wordt het draagvermogen van de oorspronkelijke grond aanzienlijk verhoogd door de toegenomen zijwaartse druk van de palen op de grondlaag.
Geschroefde of grondverwijderende palen
Geschroefde palen worden geplaatst met een grote boor die zijn weg doorheen de bodemlagen baant. Eenmaal men de gewilde diepte heeft bereikt, verwijdert men de opgegraven grond en de boor en vult men het gat met beton. Op die manier ontstaat er in de holte een lange betonnen paal. Men kan die ook nog wapenen door alvorens het beton is gedroogd, de wapening rechtstreeks in de holte te trillen. De fundering haalt haar draagkracht uit de paalkop de erop bevestigd is en uit de wrijving van de paal met de omringende grond.
De trillingen en geluidsoverlast zijn hier beperkt. Bovendien is in tegenstelling tot geheide palen meer variatie mogelijk in de lengte en breedte van de palen zonder dat men terug moet keren naar de fabriek. Als laatste gebeurt deze vorm van funderen uiterst snel. Deze boorpalen zijn mede hierdoor wel een stuk duurder dan de heipalen.