Taken van de notaris
De notaris als zakenman: deskundig advies verlenen
De aankoop van een onroerend goed is voor de gemiddelde Belg een grote stap in zijn leven. Er gaat heel wat opzoek- en denkwerk aan vooraf. Om het aantal slapeloze nachten te beperken, kan men best beroep doen op een notaris. Hij doet dienst als bijzondere raadgever maar ook als vertrouwenspersoon. De notaris vormt als het ware een brug tussen de burger en het recht, waarbij hij de belangen van beiden zal verdedigen.
Enerzijds is hij voor zijn cliënten een vertrouwenspersoon die gepersonaliseerd advies geeft en hen doorheen het volledige aankoopproces zal bijstaan. De draagwijdte van zijn plichten binnen die vertrouwensfunctie is niet echt bij wet bepaald maar kan wel worden afgeleid uit de rechtspraak en rechtsleer. Daaruit blijkt dat de notaris steeds te goeder trouw, onpartijdig, voorzichtig en discreet moet handelen. Daarnaast zal hij voldoende vakkundigheid moeten aantonen. Een derde verplichting vindt men wel terug in de wetgeving onder art. 3 van de wet op de Notarisambt. Die stelt dat iedere notaris verplicht is zijn dienst te verlenen wanneer hij daartoe wordt verzocht, de zogenaamde bijstandsverplichting.
Anderzijds is hij een onafhankelijke openbare ambtenaar die het geldende recht moet toepassen en zijn cliënten hierover moet inlichten, ongeacht of dit voor hen positieve dan wel negatieve gevolgen heeft. Rechtlijnig met de bijstandsverplichting en hieruit enigszins uit voortkomend kent de notaris ook een informatie- en raadgevingsplicht (art. 9 van de wet op de Notarisambt). Dit houdt in dat hij de partijen volledig en correct moet uitleggen wat de gevolgen van de tekst van de akten en van de handelingen van zijn cliënten zullen zijn. Het moet dan ook duidelijk zijn dat een akte de exacte wil van de partijen weerspiegelt. De notaris onderzoekt tenslotte de het eigendomsrecht en eventuele beperkingen daarop in de zin van o.a. stedenbouwkundige voorschriften en erfdienstbaarheden.
De notaris als ambtenaar: overeenkomsten en akten
Een wettelijke verkoop van een onroerend goed vereist steeds een notariële akte. Daarvoor kan men zelf vrij beroep doen op een notaris naar keuze. Vooraleer het tot een overeenkomst komt, zal de notaris onderzoek leveren naar de partijen in de toekomstige overeenkomst en het goed zelf: wat is de identiteit van de partijen, mag de verkoper het goed wel verkopen, wat met eventuele erfdienstbaarheden op het erf, mag er wel degelijk worden gebouwd op de grond, zijn de betrokken partijen geen grote bedragen verschuldigd aan de staat, etc. Hij bekomt zijn informatie van de partijen zelf of door het inkijken van kadastrale plannen, bodemattesten en documenten die hij bij de gemeentelijke diensten verkrijgt.
Na afloop van dat onderzoek zal de notaris de resultaten bundelen in een onderhandse verkoopovereenkomst (of compromis) dat de basis vormt voor de uiteindelijke notariële akte. Het compromis wordt ter ondertekening aan de partijen bezorgd. Naar dit compromis wordt vaak verwezen als de voorlopige verkoopovereenkomst, maar dit is niet correct aangezien de verkoopovereenkomst meteen een definitief karakter krijgt vanaf haar ondertekening.
Maximaal vier maanden nadat de partijen de onderhandse verkoopovereenkomst hebben ondertekend, komen de partijen samen bij de notaris. Hij zal de authentieke akte verlijden: luidop voorlezen voor de partijen waarna zij deze ondertekenen. Binnen de 15 dagen zal de notaris die dan registreren op het registratiekantoor. Pas wanneer dit gebeurt, biedt de overeenkomst rechtszekerheid en kan ze worden overgeschreven op het hypotheekkantoor. Dit laatste is dan weer belangrijk zodat ook iedereen die geen partij was bij het verlijden van de akte de inhoud ervan zal moeten respecteren.