EPB-verslag
Vlaanderen zet meer en meer in op energiebesparing en dat is ook te merken aan de strengere energienormen. Zo moeten nieuwbouwwoningen en verbouwingen die een stedenbouwkundige vergunning of melding vereisen, voldoen aan een aantal strikte regels: de EPB-eisen. De afkorting EPB staat voor Energieprestatie en Binnenklimaat. Men beoogt dus niet enkel een zuinig en kostenbesparend omgaan met energieverbruik, maar wilt er verder voor zorgen dat de luchtkwaliteit en leefbaarheid binnenshuis daardoor niet in het gedrang komen. Factoren als isolatie, luchtdichtheid, ventilatie, energiebesparing en vochtdoorlating zullen van dichtbij worden bekeken door een EPB-verslaggever. De eisen die worden gesteld verschillen van project tot project.
Voor de start van de (ver)bouwwerken waarvoor de vergunning is aangevraagd, moet de bouwheer een EPB-verslaggever aanstellen. Die verslaggever doet onderzoek naar welke maatregelen er zijn om het energieverbruik van de nieuwe en gerenoveerde woning te beperken. Hij baseert zich op foto’s, lastenboeken en ander papierwerk dat de aangifteplichtige hem bezorgt, maar zal ook vaststellingen ter plaatse doen.
Enkel gediplomeerde architecten, ingenieurs en gelijken komen in aanmerking om als erkend EPB-verslaggever aan de slag te gaan. Hij moet officieel erkend worden door de Vlaamse overheid en in het bezit zijn van een specifieke beroepsverzekering. Om erkend te kunnen worden moet men aan enkele voorwaarden voldoen:
- In het bezit zijn van een geldig diploma in één van de toepassingsgebieden (architectuur, ingenieur, bouwkunde, klimatisering)
- Een basisopleiding tot verslaggever volgen
- Een verklaring ondertekenen dat men onafhankelijk en discreet zal handelen, geen commerciële belangen zal nazoeken en een beroepsverzekering zal tekenen.
- Slagen voor een examen.
- Om zijn hoedanigheid van erkend EPB-verslaggever te behouden en up-to-date te blijven met de veranderende regelgeving zal de persoon in kwestie jaarlijks een permanente vorming moeten volgen.
- De erkenning is individueel en geldt enkel voor degene die ze heeft gekregen.
Hoewel het mogelijk is om de architect die al in het bouwproject betrokken is aan te stellen als verslaggever, zal dat in praktijk niet langer gebeuren. De uitgebreide en veranderlijke regelgeving maken van de EPB-verslaggeving immers een voltijdse job. Bovendien blijkt de voortdurende opvolging van de verschillende werkzaamheden een tijdrovende kwestie. Tenslotte zal wie de verslaggeving voor zijn rekening neemt, dit op geheel onafhankelijke wijze moeten doen, wat niet voor de hand liggend is wanneer hij sinds het begin van de bouwwerken betrokken is in het project.
De EPB-verslaggever heeft enerzijds een administratieve taak, op twee verschillende momenten, en anderzijds een raadgevende functie die doorheen die administratieve taken wordt uitgevoerd.
Opmaak startverklaring
Voor de start van de werken moet de EPB-verslaggever definitief een startverklaring indienen bij de energieprestatiedatabank. Dit gebeurt op louter elektronische wijze. Dit bevat alleszins de voorafberekening en het ventilatievoorontwerp (waarover later meer). Voor aanvang van de werken moet de verslaggever berekenen hoe de energieprestatie en het binnenklimaat van de te bouwen woning er zullen uitzien. Blijkt die niet te voldoen aan de EPB-eisen dan moet hij dit melden aan de aangifteplichtige en de architect. Hij geeft hen dan een niet-bindend advies over hoe ze dit kunnen oplossen. Voldoet de berekening wel aan de eisen, dan kan hij de startverklaring indienen en ter ondertekening voorleggen aan de betrokken personen. Deze laatste versie bewaart hij zelf.
Opmaak EPB-aangifte
Na de werken stelt hij de voorlopige EPB-aangifte op en legt hij die voor aan de partijen ter goedkeuring. Het beschrijft hoe het project is uitgevoerd en hoe daarbij rekening werd gehouden met de energieprestaties en het binnenklimaat. Het geeft aan of er is voldaan aan de EPB-eisen of hoever men ervan afwijkt.
Het document bevat de stavingsstukken en alle andere informatie waarop hij zich heeft gebaseerd. Onder stavingsstukken verstaat men alle informatie en waardemetingen die hem door de aangifteplichtige zijn bezorgd. Die dienen voor de verslaggever als bewijs voor de bestaande situatie. Voor de aangifteplichtige kan het belangrijk zijn om steevast en tijdig de gedetailleerde waarden te laten meerekenen met als doel een beter E-peil te bereiken. Doet men dit niet, zal de verslaggever terugvallen op standaardwaarden.
De aangifte wordt definitief elektronisch ingediend bij de energieprestatiedatabank voor de uiterste indiendatum en bezorgt een ondertekende versie aan de aangifteplichtige. Die uiterste datum betreft 12 maanden na de ingebruikname van de woning of het beëindigen van de werken in kwestie. Die aangifte is definitief en kan niet meer worden aangepast zonder een nieuwe aangifte. De verslaggever zal de aangifteplichtige vervolgens een Energieprestatiecertificaat (EPC) Bouw overhandigen. Dit geldt als bewijs of het gebouw al dan niet voldoet aan de EPB-eisen en vermeldt bovendien het E-peil.
Er zal een administratieve geldboete worden opgelegd wanneer bouwheren te laat of helemaal niet de startverklaring of EPB-aangifte hebben ingediend, of als er niet wordt voldaan aan één of meerdere EPB-eisen.
Juridisch
De volledige wettekst over het EPB-verslag vind je hieronder.
8 MEI 2009 – Decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid (aangehaald als het Energiedecreet)
Afdeling I/1. – [1 Voorafgaandelijke handelingen]1
———-
(1)<Ingevoegd bij DVR 2011-11-18/07, art. 12, 008; Inwerkingtreding : 15-12-2011>
Art. 11.1.6/1.[1 § 1. Voor werken en handelingen aan gebouwen waarvoor met toepassing van artikel 11.1.1, § 1, EPB-eisen gelden, stelt de aangifteplichtige voor de aanvang van de werken en handelingen een verslaggever aan.
Die verslaggever vervult zijn opdracht onafhankelijk, objectief en neutraal ten aanzien van de aangifteplichtige. Tijdens het contact met de aangifteplichtige onthoudt hij zich ervan commerciële voorstellen te doen met betrekking tot energieleveringen aan het gebouw of met betrekking tot de te realiseren maatregelen om te voldoen aan de EPB-eisen. [2 De functie van verslaggever is onverenigbaar met het beroep van aannemer. Ieder mandaat, iedere functie of activiteit, al dan niet bezoldigd, in dienst van een aannemingsbedrijf is dan ook verboden. De verslaggever mag de als onverenigbaar aangemerkte handelingen niet rechtstreeks en evenmin onrechtstreeks of met een tussenpersoon verrichten.]2
§ 2. Voorafgaand aan de start van de werken dient de verslaggever een berekening te maken met de maatregelen die door de architect en in voorkomend geval, de ontwerper van technische bouwsystemen zijn genomen om de EPB-eisen te halen. De verslaggever maakt de berekening op basis van de materialen en de keuzes die door de architect en de ontwerper van de technische bouwsystemen zijn gemaakt om aan de EPB-eisen te voldoen. De architect en de ontwerper van de technische bouwsystemen zijn ertoe gehouden die gegevens ter beschikking te stellen van de aangifteplichtige en de verslaggever.
Als de berekening aantoont dat het ontworpen gebouw niet zal voldoen aan de EPB-eisen, signaleert de verslaggever dat aan de aangifteplichtige en aan de architect. De verslaggever geeft hen één schriftelijk niet-bindend advies over hoe ze kunnen voldoen aan de EPB-eisen. Hij toont aan welke punten kunnen worden bijgestuurd en bakent de probleemzones af. De aangifteplichtige neemt mede op voorstel van de architect, de uiteindelijke beslissing over de maatregelen om te voldoen aan de EPB-eisen en de eventuele noodzakelijke bijsturingen.
§ 3. In het kader van de toewijzingsprocedure van een aannemingsopdracht bezorgt de opdrachtgever of de architect aan de gecontracteerde aannemers de beschikbare gegevens over het behalen van de EPB-eisen.]1
———-
(1)<Ingevoegd bij DVR 2011-11-18/07, art. 12, 008; Inwerkingtreding : 15-12-2011>
(2)<DVR 2017-02-17/16, art. 12, 032; Inwerkingtreding : 30-03-2017>
Afdeling II. – De startverklaring
Art. 11.1.7.[1 § 1. [2 De werken en handelingen mogen pas worden aangevat nadat een startverklaring met voorafberekening is ingediend. De startverklaring met voorafberekening wordt voor het aanvatten van de werken en handelingen door de verslaggever namens de aangifteplichtige ingediend bij het Vlaams Energieagentschap.]2.
De gegevens die aan de basis liggen van de keuze voor materialen en maatregelen om te voldoen aan de EPB-eisen, zijn opvraagbaar door het Vlaams Energieagentschap en de partijen die bij de werken en handelingen betrokken zijn. De architect en de ontwerper van de technische installatie stellen die gegevens op eerste verzoek ter beschikking.
§ 2. De verslaggever houdt gedurende drie jaar van elke door hem opgestelde startverklaring [2 een exemplaar]2 en de bijbehorende gegevens bij zich. Die documenten zijn ondertekend door de verslaggever, de aangifteplichtige en de architect. De verslaggever stelt op eenvoudig verzoek een exemplaar [2 …]2 en de bijbehorende gegevens ter beschikking aan het Vlaams Energieagentschap.
§ 3. Als er voor de indiening van de EPB-aangifte een verandering van verslaggever plaatsvindt, [2 wordt die wijziging door de nieuw aangestelde verslaggever of door de aangifteplichtige zo snel mogelijk elektronisch gemeld]2 aan het Vlaams Energieagentschap.]1
———-
(1)<DVR 2011-11-18/07, art. 13, 008; Inwerkingtreding : 15-12-2011>
(2)<DVR 2017-02-17/16, art. 13, 032; Inwerkingtreding : 30-03-2017>
Afdeling III. – EPB-aangifte
Art. 11.1.8.§ 1. [1 [3 Voor]3 gebouwen waarvoor EPB-eisen gelden als vermeld in artikel 11.1.1, § 1, dient de verslaggever namens de aangifteplichtige een EPB-aangifte in bij het Vlaams Energieagentschap binnen een termijn van zes maanden die ingaat van zodra een van de volgende voorwaarden is vervuld:
1° de ingebruikname van het gebouw, waarbij bij een nieuwbouw dit moment ten laatste steeds de eerste domiciliering van natuurlijke personen in een gebouw of de vestiging van een maatschappelijke zetel van een rechtspersoon in een gebouw is;
2° het beëindigen van de vergunnings- of meldingsplichtige werken of handelingen.]1
[1 De EPB-aangifte wordt in elk geval ten laatste vijf jaar na het verlenen van de [2 stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen]2 of na het neerleggen van de melding ingediend.]1
[3 In afwijking van het tweede lid dient in het geval bij de nieuwbouw van meerdere EPB-eenheden de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur conform artikel 4.2.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 of de omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen conform artikel 80 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, de termijn van vijf jaar, vermeld in het tweede lid, voor elke EPB-eenheid van die vergunning te worden gerekend per fase waaronder zij valt en waaronder de werken aan die EPB-eenheid het eerst werden gestart.]3
Voor de EPB-aangifte met betrekking tot gebouwen waarvan de stedenbouwkundige vergunning in 2006 werd aangevraagd, dient de verslaggever uiterlijk twaalf maanden na de ingebruikname van het gebouw [1 en uiterlijk vijf jaar na het verlenen van de stedenbouwkundige vergunning]1 namens de aangifteplichtige een EPB-aangifte in bij het Vlaams Energieagentschap.
§ 2. De verslaggever houdt gedurende vijf jaar van elke door hem opgestelde EPB-aangifte [3 een exemplaar]3, de bijbehorende plannen en bijlagen bij zich. Die documenten zijn ondertekend door de verslaggever en de aangifteplichtige. De verslaggever stelt op eenvoudig verzoek een exemplaar [3 van de EPB-aangifte]3, de plannen en de bijlagen ter beschikking van het Vlaams Energieagentschap.
De aangifteplichtige houdt gedurende tien jaar [3 een exemplaar]3 van de EPB-aangifte, de bijhorende plannen en de bijlagen bij zich. Die documenten zijn ondertekend door de verslaggever en de aangifteplichtige. De aangifteplichtige stelt op eenvoudig verzoek een exemplaar [3 van de EPB-aangifte]3, de plannen en de bijlagen ter beschikking aan het Vlaams Energieagentschap.
[3 § 3. De verslaggever stelt vanaf zijn aanstelling tot bij de indiening van de EPB-aangifte een technisch EPB-dossier samen. Het technisch EPB-dossier geeft een overzicht van de tijdens de werken genomen maatregelen met de bijhorende bewijsstukken. Op basis van het technisch EPB-dossier stelt de verslaggever de uiteindelijke EPB-aangifte op.
Het technisch EPB-dossier kan volledig in elektronisch formaat zijn. Het wordt vijf jaar bewaard door de verslaggever en kan opgevraagd worden door het Vlaams Energieagentschap.]3
———-
(1)<DVR 2014-03-14/07, art. 11, 017; Inwerkingtreding : 28-03-2014>
(2)<DVR 2015-12-18/24, art. 89, 024; Inwerkingtreding : 23-02-2017 (vanaf de datum van inwerkingtreding van art. 6 van DVR 2014-04-24/M4 (zie BVR 2015-11-27/29, art. 797, eerste lid)>
(3)<DVR 2017-02-17/16, art. 14, 032; Inwerkingtreding : 30-03-2017>
Art. 11.1.9.§ 1. Als er voor een gebouw EPB-eisen gelden volgens artikel 11.1.1, § 1, is de houder van de [2 omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen]2 of de meldingsplichtige de aangifteplichtige.
[1 Als een gebouw dat gebouwd moet worden of in aanbouw is, door de aangifteplichtige wordt vervreemd, of als de stedenbouwkundige vergunning door de aangifteplichtige wordt overgedragen, dan wordt respectievelijk de nieuwe eigenaar of de nieuwe houder van de stedenbouwkundige vergunning de nieuwe aangifteplichtige. Als een gebouw dat al voorlopig opgeleverd is, wordt vervreemd voor een EPB-aangifte is ingediend, blijft de oorspronkelijke houder van de stedenbouwkundige vergunning of de meldingsplichtige de aangifteplichtige.]1
[3 Als de aangifteplicht wordt overgedragen als vermeld in het tweede lid, wordt in het kader van de overdracht een tussentijds verslag opgesteld dat opgemaakt is door de verslaggever die door de oorspronkelijke aangifteplichtige is aangesteld, en dat is ondertekend door de verslaggever, de oorspronkelijke aangifteplichtige en de nieuwe aangifteplichtige, en waarin alle maatregelen die uitgevoerd zijn of die uitgevoerd moeten worden om aan de EPB-eisen te voldoen, worden opgesomd, en waarin wordt vermeld wie voor de uitvoering van de verschillende maatregelen zal instaan. De oorspronkelijke aangifteplichtige stelt na de beëindiging van de werken waarvoor hij instaat, de nodige gegevens van de door hem of in zijn opdracht uitgevoerde werken, ter beschikking van de aangifteplichtige met het oog op het opstellen van de definitieve EPB-aangifte.]3
[3 De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen voor de vaststelling van de vorm en de inhoud van het tussentijdse verslag, vermeld in het derde lid.]3
§ 2. [3 In afwijking van paragraaf 1 is bij een overeenkomst tussen een promotor-bouwheer en een natuurlijke persoon of een rechtspersoon, en die tot doel heeft een gebouw te verkopen, te bouwen of te verbouwen, de promotor-bouwheer altijd de aangifteplichtige, tenzij aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:
1° in de authentieke akte wordt vermeld dat de aangifteplicht wordt overgedragen en aan wie;
2° bij de authentieke akte wordt een tussentijds verslag gevoegd dat opgemaakt is door de verslaggever die door de promotor-bouwheer is aangesteld, en dat is ondertekend door de verslaggever, de promotor-bouwheer en de nieuwe aangifteplichtige. In het tussentijdse verslag worden alle maatregelen die uitgevoerd zijn of die uitgevoerd moeten worden om aan de EPB-eisen te voldoen, opgesomd en wordt vermeld wie voor de uitvoering van de verschillende maatregelen zal instaan;
3° de promotor-bouwheer stelt na de beëindiging van de werken de nodige gegevens van de door hem of in zijn opdracht uitgevoerde werken, ter beschikking van de aangifteplichtige met het oog op het opstellen van de definitieve EPB-aangifte.
Het eerste lid is ook van toepassing op elke overeenkomst waarbij de Woningbouwwet van toepassing is of contractueel van toepassing is gemaakt.
De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen met betrekking tot de vaststelling van de vorm en de inhoud van het tussentijdse verslag, vermeld in het eerste lid, 2°.]3
———-
(1)<DVR 2014-03-14/07, art. 12, 017; Inwerkingtreding : 28-03-2014>
(2)<DVR 2014-04-25/M4, art. 280, 030; Inwerkingtreding : 23-02-2017>
(3)<DVR 2017-02-17/16, art. 15, 032; Inwerkingtreding : 01-07-2017>
Art. 11.1.10. Als er voor een gebouw volgens artikel 11.1.1, § 2, EPB-eisen gelden is de eigenaar van het gebouw de aangifteplichtige.
Art. 11.1.11.De verslaggever stelt de EPB-aangifte op conform de uitgevoerde werken. Hij omschrijft [4 op basis van de door de aangifteplichtige aangeleverde bewijsstukken en zijn vaststellingen opgemaakt na een controle ter plaatse]4 de maatregelen die de energieprestaties en het binnenklimaat van het gebouw bepalen en berekent of het gebouw aan de EPB-eisen voldoet. Hij is verantwoordelijk voor de correcte rapportering van de feitelijke toestand van het gebouw in de EPB-aangifte.
[2 De EPB-aangifte wordt door de verslaggever ingediend per deelproject als er geen EPB-eenheden zijn, of per EPB-eenheid. Als een [3 stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen]3, waarop EPB-eisen van toepassing zijn, voor de ingebruikname of voor het beëindigen van de vergunnings- of meldingsplichtige werken door een nieuwe [3 stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen]3 wordt gewijzigd, worden de werken die uitgevoerd zijn op basis van deze verschillende vergunningen door de verslaggever in een EPB-aangifte gerapporteerd. Als een wijziging van een bestaande [3 stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen]3 wordt gevraagd en het voorwerp van de aanvraag een uitbreiding van het gebouw met EPB-eenheden betreft, wordt elk van deze uitbreidingen als een aparte EPB-eenheid met een EPB-aangifte gerapporteerd. De verslaggever meldt elektronisch aan het Vlaams Energieagentschap welke energieprestatiedossiers worden samengevoegd.]2
[4 De aangifteplichtige is verantwoordelijk voor het bezorgen van de gegevens en de bewijsstukken die noodzakelijk zijn voor de opmaak van de EPB-aangifte aan de verslaggever. De aangifteplichtige bezorgt in dat kader op het eerste verzoek van de verslaggever de gegevens van de materialen en installaties die in het gebouw effectief gebruikt worden en die betrekking hebben op het behalen van de EPB-eisen, aan die verslaggever.]4
[4 De aangifteplichtige kan de gegevens van de materialen en installaties die in het gebouw effectief gebruikt worden en die betrekking hebben op het behalen van de EPB-eisen, opvragen bij de architect of de aannemers. De architect of de aannemers stellen die gegevens op eerste verzoek ter beschikking van de aangifteplichtige.]4
Als de architect die met de controle op de uitvoering van de werken belast is tijdens de uitvoering vaststelt dat er een ernstig risico bestaat dat de EPB-eisen niet gerespecteerd zullen worden, brengt hij de aangifteplichtige en, als dat een andere persoon dan de architect is, de verslaggever hiervan per aangetekende brief zo snel mogelijk op de hoogte.
———-
(1)<DVR 2011-11-18/07, art. 14, 008; Inwerkingtreding : 15-12-2011>
(2)<DVR 2014-03-14/07, art. 13, 017; Inwerkingtreding : 28-03-2014>
(3)<DVR 2015-12-18/24, art. 90, 024; Inwerkingtreding : 23-02-2017 (vanaf de datum van inwerkingtreding van art. 6 van DVR 2014-04-24/M4 (zie BVR 2015-11-27/29, art. 797, eerste lid)>
(4)<DVR 2017-02-17/16, art. 16, 032; Inwerkingtreding : 30-03-2017>
Art. 11.1.12. De aangifteplichtige of zijn rechtsopvolgers mogen de in de EPB-aangifte vermelde installaties of constructies alleen wijzigen of vervangen voor zover die wijzigingen of vervangingen elk op zich minstens de prestaties leveren die in de EPB-aangifte vermeld werden.
Art. 11.1.13.De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels tot vaststelling van de vorm en de inhoud van [2 het technisch EPB-dossier, de EPB-conceptnota, de voorafberekening,]2 de startverklaring, [1 de haalbaarheidsstudie ]1 de EPB-aangifte, de bijbehorende plannen en bijlagen. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels voor het indienen van [2 het technisch EPB-dossier, de EPB-conceptnota, de voorafberekening,]2 [1 de startverklaring, de haalbaarheidsstudie en de EPB-aangifte]1.
———-
(1)<DVR 2011-11-18/07, art. 15, 008; Inwerkingtreding : 15-12-2011>
(2)<DVR 2017-02-17/16, art. 17, 032; Inwerkingtreding : 30-03-2017>