Technieken
Ventilatie

Ventilatiesysteem B: mechanische aanvoer en natuurlijke afvoer

Wie A zegt moet ook B zeggen. Alhoewel, in het geval van ventilatiesystemen zijn we daarvan minder overtuigd. Bij het ventilatiesysteem B gebeurt het aanvoeren van buitenlucht door een ventilator, terwijl de afvoer voor de rekening van ventilatieroosters op een trekkende schouw is. Omdat natuurlijke afzuiging – en de bijhorende voortdurende vrijstellingen aan de buitenlucht – niet echt wordt gesmaakt door de overheid wordt dit systeem tegenwoordig zelden tot nooit nog toegepast.

Werking

Vanaf ventilatiesysteem type B is er sprake van mechanische ventilatie. Hier zal de aanvoer van frisse buitenlucht namelijk gebeuren via één of meerdere centrale ventilatoren. Hier kan eventueel een extra luchtfilter worden voorzien om inkomende lucht te reinigen vooraleer die het huis binnenkomt. Via luchtkanalen wordt die lucht verder verspreid naar de droge ruimtes van de woning. Door normale circulatie en via kieren en roosters in deuren zal de lucht in het hele huis zijn weg vinden. 

Net zoals bij ventilatie type A wordt de warme vervuilde binnenlucht via de natte ruimtes weer afgevoerd. Die ruimtes zullen voorzien zijn van ventilatieroosters die op hun beurt uitmonden in verticale luchtkanalen. Zo ontsnapt de lucht door het dak via een trekkende schouw, die best zo hoog mogelijk is om de trekkracht te vergroten.

In dit opzicht wordt het gezien als het tegengestelde van ventilatiesysteem C. In België zal dit B-systeem echter bijna nooit meer worden toegepast.

tekeningen ventilatiesystemen

Voordelen

Na systeem A is B-ventilatie de meest voordelige manier om te ventileren. Bovendien haalt het over alle weersomstandigheden heen wel betere resultaten op vlak van de EPB-eisen. Ook bij te weinig wind, zullen de ventilatoren nog voor genoeg frisse lucht zorgen. 

Men kan gecontroleerd ventileren en op die manier zelf beslissen hoeveel verse lucht er zal binnenkomen door de ventilatoren. Zo kan men ook kamers bereiken die met louter natuurlijke luchtcirculatie moeilijk te bereiken waren.

Nadelen

Door de toevoeging van ventilatoren voor het aanvoeren van nieuwe lucht wordt er een elektrisch toestel toegevoegd aan het geheel, wat zorgt voor groter energiegebruik. Door de constante blootstelling aan de koude lucht, via het afvoerkanaal, zal men ook nog steeds meer moeten stoken dan met de systemen C, D en E.

Er is ook voortdurend warmteverlies. De warmte die men krijgt van de aangevoerde lucht zal direct verloren gaan wanneer nog nieuwere lucht in temperatuur afneemt. Dat de temperatuur zich niet aanpast aan het binnenklimaat, is eveneens te voelen aan de tocht die zich binnenshuis voordoet in de winter.

Er is een risico op overdruk. De warme lucht die zich binnenshuis bevindt, wordt door de toevoeging van koude verse lucht weggedrukt naar boven. Dit kan ervoor zorgen dat ze doorheen spleetjes in de muren en het dak worden geduwd. Op die manier komt die warme lucht in aanraking met koudere vlakken waardoor er condensatie kan optreden.